Tom Springveld (36) zal vanaf 25 oktober het bureau van het Fonds BJP komen versterken als Coördinator Regeling Projectsubsidies. Hiervoor was hij journalist en copywriter voor o.a. NU.nl, OOR, Veronica Magazine, Vogue en Holland Herald. We stellen hem graag even aan je voor.
Welke journalistieke productie heeft onlangs indruk op je gemaakt?
Toen ik me aan het voorbereiden was op het sollicitatiegesprek bij het Fonds BJP ben ik in de gesubsidieerde projecten gedoken. Daar zat een heel interessant en goed geschreven verhaal bij van Anne Branbergen, ‘De bittere bijsmaak van Nutella’, gepubliceerd in De Groene Amsterdammer. Zij beschrijft hoe Ferrero een hele Italiaanse regio heeft overgenomen om hazelnoten te verbouwen. Door deze monocultuur is de kans op een ecologische ramp elke dag groter. Je ziet vaker dat producenten heel langzaam bewoners, de boeren en politici van zich afhankelijk maken. Ik moest denken aan de palmolie-industrie, waar in feite hetzelfde gebeurt. Eeuwenoude bossen gaan eraan om de productie op gang te houden. Het draait allemaal om winstbejag en eigenbelang, met de aarde als grote verliezer.
Wat is je lievelingslied?
Ik ben van huis uit muziekjournalist, dus die vraag is voor mij nauwelijks te beantwoorden. Ik schrijf sinds 2008 voor muziekblad OOR dat al meer dan een halve eeuw bestaat. Bij de 50e verjaardag werd mij gevraagd mijn big three artiesten te delen. Dat zijn The Smiths en dan vooral het nummer I Won’t Share You. Ook Arcade Fire is een band waar ik altijd naar terugkom, vooral de eerste drie albums en het nummer My Body Is A Cage, met extreem dramatisch orgels. Als ik dat nummer hoor ga ik meteen voor gaas. En tot slot Run The Jewels. Al hun albums eigenlijk. Als ik dan toch één nummer moet kiezen, ga ik voor Call Ticketron.
Guilty pleasures?
Gaia van Valensia. Hij wilde denk ik een soort Nederlandse Bohemian Rhapsody maken. Er is ook een hallucinante clip bij waar geen touw aan vast te knopen is. Ik heb dit nummer een half jaar in mijn hoofd gehad. Te fout voor woorden en ook te gek voor woorden. En verder Limoncello. Sowieso zoetigheid. Salmiakdrop. Dingen waarvan je weet dat ze eigenlijk slecht voor je zijn maar die te lekker zijn om te laten liggen. Het zijn eigenlijk gewoon pleasures, ik schaam me er niet voor.
Op welke prestatie ben je het meest trots tot nu toe?
Ik deed in 2019 mee aan de Jan Hanlo Essayprijs. Ik had het essay ‘De ongewone broer’ ingestuurd zonder er iemand over te vertellen. Ik verwachtte er niets van. En toen werd ik gebeld dat ik bij de laatste drie zat. In het essay beschrijf ik hoe het is om op te groeien met een autistisch broertje. Ik heb hem opgebeld en uitgenodigd om samen met mijn ouders en vriendin naar de uitreiking te komen. Daar hoorde ik dat ik gewonnen had en moest ik onverwacht speechen. Normaal schrijf je iets en hoor je niets terug, maar nu kreeg ik zó veel e-mails van mensen met reacties. Kennelijk heeft het een snaar geraakt. Dat was een mooie verrassing. En het werd mijn eerste en enige publicatie in De Groene Amsterdammer.
Waar kijk je het meeste naar uit in deze functie?
Het lijkt me heel tof om met een groep gelijkgezinde mensen aan een duidelijk doel te werken: zo goed mogelijk van nut zijn voor journalisten en hun hopelijk baanbrekende journalistieke producties. Ik denk dat het Fonds BJP echt een belangrijke taak heeft in een democratie als de onze, door journalisten de tijd en middelen te geven om de waarheid boven tafel te krijgen of iets te belichten waarvan we niet weten. Het Fonds heeft een nobele functie en ik hoop daar straks mijn steentje aan bij te dragen.